-
1 intercommunicate
v. onderling contact hebben, communiceren[ - kəmjoe:nikkeet] 〈zelfstandig naamwoord: intercommunication〉1 onderling contact hebben/(onder)houden ⇒ met elkaar communiceren -
2 parallels never meet
parallellen snijden elkaar nooit (axioma in meetkunde; uitdrukking die weergeeft dat in moeilijke verhoudingen tussen mensen deze moeilijk met elkaar kunnen communiceren) -
3 DCC
-
4 Direct Client to Client
(internet) rechtstreeks, van cliënt tot cliënt, zonder tussenkomst door anderen (vermogen van twee gebruikers niet via het netwerk maar rechtstreeks met elkaar te communiceren)
Перевод: с английского на нидерландский
с нидерландского на английский- С нидерландского на:
- Английский
- С английского на:
- Нидерландский